In Ho Chi Minh City (en de rest van heel Zuidoost Azië) is het momenteel bloedheet. Ik dacht dat ik al wel wat gewend was, maar zweten heeft een geheel nieuwe dimensie gekregen: Ineens ga ik als een wandelende fontein door het leven. Om dat te voorkomen kan je natuurlijk binnen blijven, bij de comfortabel snorrende airco (die op zich mijn grote vriend is geworden), maar dan maak je ook niets mee. Dus ging ik gezellig met mijn crea-maatjes Dominique en Sam naar de Chinese wijk om hebberig tussen de eindeloze rijen kraampjes met kralen, lintjes, knoopjes, kwasten en onnoemelijk veel andere must-haves voor creatievelingen door te slenterden. Dat het zweet als een waterval door iedere huidplooi gutste, namen we voor lief.
De straatjes rond die markt zijn zo smal dat je er nauwelijks langs elkaar kan, maar dat houdt de scooterrijders niet tegen, ze persen zich overal tussendoor. Dominique (die al jaren in Vietnam woont en dus veel ervaring heeft) gaf de tip om zoveel mogelijk opzij te gaan als ze langs komen, want regelmatig verbranden mensen hun benen aan de hete uitlaat van zo’n scooter. Om die reden wordt dit buurtje Saigon Tattoo genoemd… Alsof het allemaal nog niet heet genoeg was!
Maar tijdens de receptie op het Nederlandse Consulaat, ter ere van Koningsdag bleek het nog een tandje erger te kunnen: Het was eerder regel dan uitzondering dat mensen geen droge draad meer aan hun lijf hadden. Om de zweetvreugde te verhogen viel ook nog diverse keren de stroom uit, waarmee de toch al amechtig zwoegende ventilatoren het bijltje er uiteraard onmiddellijk bij neergooiden. Ondertussen was de hitte natuurlijk het gesprek van de avond. Iedereen bleek al wel jaloerse appjes te hebben ontvangen vanuit het koude en natte Nederland, verwijzend naar het heerlijke warme weer bij ons. We waren het er samen van harte over eens dat een koud nat buitje regen helemaal zo'n straf niet is, maar dat niemand in Nederland dat zou begrijpen.
Vrijdag lieten Jan en ik Vietnam voor even achter ons en vlogen we naar Jakarta. Het was niet helemaal mijn dag, want in Vietnam wilden ze me niet van harte laten vertrekken (ik probeerde me te registreren voor de snelle paspoortcontrole, iets wat kan omdat onze verblijfsvergunning binnen is, maar hoewel ik minutenlang in de camera keek, presteerde het apparaat het om precies toen ik mijn ogen dicht had, een foto te maken. En toen ik eindelijk na heel veel wachten en heel veel gedoe door die stomme poortjes mocht, begon een douaneman heel hard tegen me blèren omdat ik volgens hem alles fout deed wat je fout kon doen. Sorry hoor, ik doe ook maar mijn best!) en in Indonesië wilden ze me niet van harte binnen laten (die douaneman daar heeft minstens 10x gecheckt of ik wel ik ben. Ja lieverd, ik ben gewoon ik!).
En toen manlief ook nog zei dat ik wel wat verzuurd begin te worden (ik verzuurd? Ik ben de zoetsappigheid zelve!!), was mijn humeur tot ver beneden het nulpunt gezakt.
Maar niet voor lang, want niets had mij erop voorbereid dat het zo fijn zou zijn om terug te zijn in Jakarta. Het bleek zo ontzettend vertrouwd te zijn. De vriendelijke mensen, de behulpzaamheid, de lieve glimlach bij elke interactie… wat een warm bad! Ik heb het echt enorm naar mijn zin in Vietnam, maar blijkbaar had ik toch echt een stukje van mijn hart achter gelaten in Indonesië.
En het werd nog veel beter, want de volgende morgen had Jan geregeld dat Afif ons op kwam halen bij ons hotel. Zaten we ineens weer in ‘onze eigen’ auto met Afif te kletsen, rijdend door de bekende straten alsof we nooit weg waren geweest. ’s Middags spraken we ook Rachel nog, we liepen binnen bij de supermarkt waar we altijd kwamen, en gingen eten bij een van onze lievelingsrestaurants. Wat een feest!
Inmiddels is Jan het land in voor zijn werk en heb ik al dagen vol afspraken met lieve mensen achter de rug. Ik heb een scooter gehuurd, om makkelijk naar iedereen toe te kunnen. En om weer lekker met Herma op pad te kunnen natuurlijk.
Die scooter had wel wat voeten in de aarde overigens, want zowel bij de receptie van ons hotel als bij het scooterverhuurbedrijf zagen ze het niet echt zitten om zo’n toerist van een zekere leeftijd met een scooter op pad te sturen. Ik weet niet hoe vaak ik mijn Indonesische rijbewijs heb moeten laten zien en heb moeten uitleggen dat ik ervaring heb met rijden in Jakarta. Op een gegeven moment belden ze me zelfs op mijn kamer met de vraag of ik wel heel zeker wist dat mijn rijbewijs echt uit Indonesië was (Ja lieverd, ik heb het hier zelf voor precies 80 euro gekocht en dat was me in Nederland beslist niet gelukt!).
Uiteindelijk was alles toch echt rond en stond ik maandagmorgen in de parkeergarage met twee mannen die vol belangstelling toekeken hoe ik ging wegrijden. Typisch zo’n situatie waarin ik me onsterfelijk belachelijk zou kunnen maken door bijvoorbeeld dwars door een blokkade heen te scheuren of een betonnen muur te rammen. Maar wonder boven wonder lukte het me om waardig en zelfs met enige stijl weg te rijden en de mannen het idee te geven dat ik de waarheid had gesproken over mijn ervaring. Gelukkig weten zij niet dat ik even later alsnog bijna een wachthokje doormidden reed. Wat niet weet…
Maar zo tufte ik wel ineens weer door Jakarta alsof ik niet anders gedaan had, voor allemaal gezellige afspraken om heerlijk bij te kletsen met de lieve mensen die ik in Jakarta heb leren kennen.
Ik kan niet al die fijne momenten gaan opschrijven (wordt veel bla bla bla en slok slok slok waarschijnlijk), maar een paar van die mooie ontmoetingen wil ik niet onbenoemd laten:
Op maandagmiddag ging ik met Herma, Jitty en Lucie van Werkgroep ’72 naar het bejaardenhuis om spelletjes te doen met de mensen daar. En ook dat was een warm bad en voelde alsof ik niet weg geweest ben. Ik mocht deze keer de sjoelbak bemensen: Stond ik daar enthousiast tandeloze oude mannetjes aan te moedigen, aanwijzingen te geven en punten te tellen en hadden we samen plezier voor tien. Blijkt dus dat je bij sjoelen ook helemaal geen taal nodig hebt, zolang je de punten maar opschrijft. Precies wat voor mij dus.
En dinsdag ging ik ouderwets met Herma op pad: Een heerlijke lange dag samen kletsen en genieten van toeren door Jakarta. We hebben geshopt, gerelaxed bij een Japanese Hairspa en gegeten bij het restaurant waar we ooit onze gezamenlijke scootertochtjes begonnen zijn. Ik werd door de bediening zelfs nog herkend, hoe grappig is dat!
Donderdag staat er nog een lunch bij weeshuis Pa van der Steur op de planning en dan is het vrijdag alweer tijd om terug te gaan naar Ho Chi Minh. Met heel veel liefde overigens, want zaterdag hopen wij Manon en Thijs te verwelkomen in Vietnam. Jippie!!
Comments